Deze ondernemer stond plots lijnrecht tegenover zijn onderaannemer
Bijna 10 jaar bestaat het bedrijf nu. En in die periode wist de Anton Groep al heel wat toonaangevende opdrachtgevers aan zich te binden, waaronder ProRail, Schiphol en Tata Steel. Het bedrijf is actief in de grond-, weg- en waterbouw, rail & infra, industrie en op luchthavens. Projecten van A tot Z, zo vat medeoprichter Jacco Braas de activiteiten samen. De ene keer gaat het om civiel werk of beton, de andere keer is er staal mee gemoeid.
Zo ook bij een grote opdracht die het bedrijf in 2016 binnensleept: het engineeren, produceren en monteren van een ingenieuze staalconstructie voor een nieuw busstation. “Grote uitdaging bij deze klus was de korte doorlooptijd. De opdrachtgever had eerder onenigheid gekregen met de aannemer waardoor fikse vertraging was opgelopen. Aan ons het verzoek om maar zo snel mogelijk de staalconstructie neer te zetten. Wij hadden het toen al erg druk en kozen er daarom voor de productie uit te besteden”, aldus Braas.
Ingewikkelde constructie
In de branche waarin zijn bedrijf opereert is dat niet ongewoon. Op de aanneemsommen waarmee de Anton Groep werkt, variëren de inkoopwaarden meestal tussen de 50 en 80 procent. “Met zo’n 30 vaste leveranciers en onderaannemers hebben we raamovereenkomsten opgesteld. Maar soms struin je de markt af, zoals bij deze klus. Het vinden van een derde partij die de toch wel ingewikkelde constructie in zo’n korte tijd in elkaar kon zetten bleek namelijk best lastig."
"We vonden uiteindelijk een partij met goede referenties die aan onze eisen tegemoet kon komen. Zij kregen van ons dan ook de opdracht waar zo’n 200.000 euro mee gemoeid was.” Braas vertelt erbij dat zijn mensen zullen langskomen om kwaliteitscontroles uit te voeren. Geen probleem, aldus de onderaannemer. Er lijkt dan ook geen vuiltje aan de lucht.
Het gaat mis
Van die kwaliteitscontroles komt vervolgens echter weinig terecht. Het bedrijf blijkt telkens nog niet te zijn begonnen, maar benadrukt vervolgens wel dat ‘alles goed zal komen’. Als medewerkers van de Anton Groep de constructie een week na het verstrijken van de deadline dan uiteindelijk kunnen plaatsen, blijkt er echter al snel van alles mis. Specialisten van de opdrachtgever worden erbij gehaald en zij bevestigen waar Braas op dat moment al voor vreest: zo kan de constructie niet worden opgeleverd.
“Als hoofdaannemer zijn wij daar natuurlijk voor verantwoordelijk”, aldus Braas. “We hebben meteen contact opgenomen met de onderaannemer en aangegeven dat de liggers van de constructie vervangen moesten worden. Daarmee namen de productiekosten ineens gigantisch toe. Al snel verzandden we in een felle discussie over wie daarvoor zou moeten gaan opdraaien. Zij spraken steeds over meerwerk, maar daar waren wij het niet mee eens. Het was ons woord tegen dat van hem.”
Opnieuw gedoe
Met de opdrachtgever als bemiddelaar komen de twee partijen uiteindelijk tot elkaar. In een gesprek vertelt de onderaannemer dat de constructie nagenoeg gereed is. Wanneer de Anton Groep de volgende termijn uit het contract zal overmaken, een bedrag van 100.000 euro, zal het gevaarte een paar dagen later al naar de bouwplaats worden getransporteerd. De onderaannemer bevestigt dit in een document waar hij zijn handtekening onder zet.
“Te goeder trouw maakten wij het bedrag vervolgens over en spraken af dat een onafhankelijke partij zou worden ingeschakeld om te oordelen over de meerwerk-claim”, aldus Braas. Maar opnieuw komt er gedoe. De onderaannemer wijzigt een paar dagen later ineens van koers en zegt pas te willen leveren als het laatste bedrag van 25.000 euro op zijn bankrekening staat. “Wat ons betreft tegen de afspraken in, omdat een onafhankelijk persoon hierover een oordeel zou vellen.”
Schadevergoeding eisen
Na mailverkeer tussen advocaten wordt de staalconstructie uiteindelijk tóch geleverd, zij het een paar weken na de overeengekomen datum. Maar nu, een half jaar later, staan beide partijen nog steeds lijnrecht tegenover elkaar. Waar de onderaannemer zijn laatste restant eist, claimt de Anton Groep juist een schadevergoeding, het gevolg van de extra kosten die het bedrijf heeft moeten maken. “We hebben nog voorgesteld om te schikken waarbij we allebei onze claim zouden laten vallen. Daarop is geen reactie gekomen”, aldus Braas.
Met de rug tegen de muur
Of hij zichzelf iets kwalijk neemt? Daar moet hij even over nadenken. “We moeten in het vervolg nóg beter controleren of een leverancier ook echt in staat is om te kunnen doen wat hij belooft. Daarnaast hebben we in de laatste week voor levering verzuimd om extra kwaliteitscontroles uit te voeren. Als we deze problemen al in de fabriek hadden opgemerkt, had ons dat veel geld bespaard."
"Toch blijft het moeilijk om je tegen dit soort kwesties te wapenen. Je maakt duidelijke afspraken en zet alles op papier. Als iemand zijn afspraken dan niet nakomt en jouw opdrachtgever eist – terecht overigens – dat de klus snel geklaard wordt, sta je toch een beetje met de rug tegen de muur.”