Zwijgende gastouder zet Trudy in duister daglicht
Trudy* heeft een gastouderbureau. Zij is verantwoordelijk voor ingeschakelde gastouders. Zo moet zij ervoor zorgen dat personen die structureel aanwezig zijn op het adres van de gastouder een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) hebben. En zij koppelt die personen aan de gastouder en het gastouderbureau in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK).
Doet Trudy dat niet? Dat kan zij een boete krijgen. En wat is nu het geval? Trudy heeft nagelaten een schoondochter van een gastouder te koppelen aan het gastouderbureau. Maar… Trudy wist niet dat de schoondochter in beeld was en wist dus ook niet dat de schoondochter op het adres structureel aanwezig was. Terwijl Trudy de gastouder toch telkens heeft gevraagd om door te geven wie aanwezig is.
De gemeente wijst naar de wet
De gemeente is streng: die vindt dat er een verhoogd risico is voor de gastkinderen. Bovendien moet Trudy als gastouderbureau een gastouder koppelen in het LRK. Dat staat in de Wet kinderopvang. De wet legt de verantwoordelijkheid bij Trudy. Dit noemen we de normadressaat. Volgens de wet kan alleen het gastouderbureau, Trudy in dit geval dus, de wet overtreden. Trudy heeft die fout gemaakt, volgens de wet. Zij krijgt een fikse geldboete. En dat is zuur natuurlijk. Want Trudy kon dit gewoon niet weten. De gastouder heeft haar eenvoudigweg niets verteld.
Makkelijk gedacht van de gastouder
In die stemming klopt Trudy bij mij aan. Ik voel met haar mee. Hier is sprake van een handelen en nalaten van derden: de gastouder en de schoondochter. De gastouder dacht dat zij haar schoondochter niet hoefde te melden, omdat zij door haar werk in de kinderopvang al in het PRK was opgenomen. Tja, dat is makkelijk gedacht, maar ergens ook wel een logische gedachte.
Weinig kans in beroep
En dat terwijl Trudy er alles aan heeft gedaan om een dergelijke overtreding te voorkomen. Toch aarzel ik, hoe graag ik Trudy ook wil helpen. Tot nu toe werden in dergelijke zaken de boetes niet ingetrokken. Kans op succes lijkt dus klein, hoe onterecht het ook is. Toch ga ik voor Trudy in beroep bij de rechtbank. Ik stel hardop de vraag of Trudy wel een overtreder is, of er wel sprake is van een overtreding en of de boete niet te hoog is?
Een vermindering van de boete
We krijgen niet een volledige genoegdoening, dat niet. Maar het resultaat is wel dat de rechter de boete vermindert met 1.500 euro. Dat scheelt Trudy 1.500 euro. Het is in ieder geval de helft. Trudy is blij dat ik haar zaak toch heb opgepakt, eigenlijk tegen beter weten in. We zijn het niet helemaal eens met de uitspraak, maar we moeten het hiermee doen. De gemeente gaat niet in hoger beroep. Wij laten het ook zo.
Het blijft een gekke situatie
Trudy kan verder met haar goede werk en kan deze nare onterechte vlek op haar blazoen wegwerken. Maar dat ze toch nog een deel van de boete heeft moeten betalen, blijft heel gek. Haar kan gewoon niets verweten worden, Trudy heeft haar zorgplicht gewoonweg niet geschonden, maar omdat zij de normadressaat is krijgt ze toch een boete. Naar mijn mening is dat in strijd met een recente uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State over het functioneel daderschap (zie hiervoor Afdeling bestuursrechtspraak nuanceert rechtspraak over het begrip 'overtreder' - Raad van State).
Vechten voor meer Trudy’s
Ook al gaat Trudy nu verder met waar zij goed in is, ik ben er als jurist zeker nog niet klaar mee. Er zijn meer Trudy’s op de wereld die ik hiermee kan helpen. Met hopelijk een nóg beter resultaat…
* De naam is verzonnen.
Dit blog is van Rogiel Lie-A-Lien, bestuursrechtjurist bij DAS